donderdag 29 oktober 2020

Twan Huys - Wandellust

Het motto dat Twan Huys, journalist en schrijver, aan Wandellust meegegeven heeft, luidt: "Wandelen is het beste medicijn - Hippocrates". Dat deze uitspraak vaak klopt, ondervinden steeds meer mensen. Het wandelen is aan een opwaardering bezig. En daarmee de belangstelling voor boeken over het onderwerp. Is dit dan het zoveelste "wandelboek"? Dat zou ik niet willen beweren, want heeft toch weer een andere invalshoek.

De voorgeschiedenis

Twan Huys ging door een moeilijke periode in zijn leven en om daar mee om te kunnen gaan, greep hij terug op iets wat hij van jongs af aan kende: landschapswandelingen maken. In de inleiding vertelt hij dat hij tijdens zijn werkzame leven als correspondent en journalist op allerlei plekken in de wereld gewandeld heeft. En in de loop van het boek komen voorbeelden voorbij van korte of langere wandelvakanties met de hele familie, vroeger en nu nog steeds, vaak in Nederland. Wat is heerlijker dan een huisje huren in de vrije natuur en van daar er met z'n allen op uit trekken. Praten met elkaar gaat vaak vanzelf al wandelend.

Hij realiseert zich dat hij het landschap van zijn jeugd goed kent, maar de natuurgebieden in de rest van Nederland een stuk minder. Hij geeft zichzelf een jaar de ruimte in alle rust al wandelend Nederland te herontdekken en besluit dat te combineren met interviews. Niet alleen omdat hij nu eenmaal journalist is, maar ook omdat het heerlijk is om op pad te gaan met gelijkgestemden.

De gasten

"Te voet het bos in, de hei op, door de polder en op het strand zie ik Nederland eigenlijk nu pas voor het eerst. En het blijkt spectaculair mooi. Dit jaar wandel ik met mijn gezin, mijn ouders, vrienden, boswachters en andere mensen die me dierbaar zijn. Zielsverwanten met liefde voor de natuur en fervente wandelaars. Over hun levens en de mooiste Nederlandse wandelgebieden gaat dit boek."

Naast de familieleden en boswachters, komen onder anderen voorbij: Prinses Irene, Herman Finkers, Geert Mak en Jane Goodall. Er is aandacht voor Jan Wolkers en zijn verblijf op Rottumerplaat. Omdat de gesprekken geen diepte-interviews zijn, gaan ze veel meer over de beleving van het landschap en de invloed van de omgeving daarvan. En de drijfveren die mensen kunnen hebben om het geluk en de zingeving die ze daarin vinden, aan anderen door te geven.

De routes

Twan Huys wandelt in 18 natuurgebieden, verspreid over heel Nederland. Het zijn zeker mooie gebieden, naar zijn zeggen de mooiste, maar er zijn er natuurlijk nog veel meer. Toch is het een goed begin om via dit boek lezers uit te nodigen daar eens een kijkje te nemen: je wordt vanzelf nieuwsgierig naar de rest.

In elk geval krijgt de lezer veel informatie over het gebied: de geschiedenis, de bijzondere kenmerken, informatie van de boswachter en een suggestie voor het nalopen van een wandelroute. Dat is soms de verwijzing naar een bestaande wandelroute of anders een korte beschrijving van de afgelegde route. Het startpunt wordt aangegeven, de lengte van de tocht en de pleisterplaatsen onderweg.

Een compleet boek

Voor wie is dit boek? Het is geen wandelgids, het is geen boek met diepte-interviews, het is geen natuurboek en zeker geen zelfhulpboek. Het is van alles wat, op de juiste manier gecombineerd en gedoceerd en daardoor heel prettig om te lezen. Voor elke fervente wandelaar en natuurliefhebber vol herkenbare gevoelens en ervaringen. En voor de beginners een aanmoediging.

Een persoonlijke noot

Zelf beleefde ik het meeste plezier aan het lezen van het hoofdstuk over Tiengemeten. Vijftien jaar wonen we nu in Zeeuws-Vlaanderen en we hebben het hele proces van de opoffering van de Hedwigepolder meegemaakt. Het was een déjà-vu. Daarvoor woonden we 30 jaar op Voorne-Putten. We kenden het eiland Tiengemeten dus nog in de oorspronkelijke staat, met de grote boerderijen en de kinderen die in auto's zonder kentekenplaat mochten rondrijden, zonder rijbewijs. Wat was mijn puberzoon daar jaloers op! Dat ze in strenge winters met een helikopter van het eiland gehaald werden om naar school gebracht te worden, was helemaal spectaculair. Maar het eiland zelf was als boerenland met kreken en een stukje slikken en gorzen wat mij betreft ook mooi. Net zo mooi als ik de Hedwigepolder vond. We hebben alle veranderingen op Tiengemeten zien gebeuren en zeker in het begin waren we er niet enthousiast over. Toen het ergens op begon te lijken, waren wij al verhuisd. 

Als ik het enthousiaste verhaal van Twan Huys over het gebied van nu lees, weet ik dat we weer eens terug moeten. Ik hoop nog mee te maken, dat ik op den duur net zo enthousiast kan worden over de ontpolderde Hedwigepolder.

Twan Huys - Wandellust. Amsterdam, Prometheus, 2020. Pb, 231 pg., ills., krtn.

© Jannie Trouwborst, oktober 2020.

Deze recensie verscheen eerder op MIJN BOEKENKAST blog.

maandag 26 oktober 2020

Het Ommetje van Spui en hondenlosloopgebieden in de Braakman

Onze wandelingen beperken zich de laatste tijd veel tot de Braakmanbossen. Dichtbij huis, zoals aanbevolen in deze coronatijd en altijd verrassend. Zuid is dichterbij en kennen we op ons duimpje, zodat geen enkele wandeling hetzelfde hoeft te zijn. Zeker nu is dat een voordeel, want de anders zo rustige Braakmanbossen worden tijdens de herfstvakantie beter bezocht dan anders. Uiteraard zou ik daar blij over moeten zijn, ik maak er immers genoeg reclame voor. Maar toch kom ik liever niet teveel mensen tegen op onze wandelingen.

Zowel maandag 19, als donderdag 22 oktober maakten we dus een rondje door de Braakman-Zuid. Kriskras over paden die niet aangegeven staan als wandelroute met paaltjes of pijltjes. Maandag maakten we daarbij een tochtje in het bos zelf van 5,4 km,  donderdag kozen we een langere route die deels door de omringende polder ging. Die was 7,1 km. Over die tweede route wat meer.


Het hondenbos

In de meeste natuurgebieden mogen honden alleen aan de lijn mee. Ze verstoren anders het wild (zoals reeën en herten, hazen en konijnen en op de grond broedende vogels). Daarnaast zijn er stukken waar ze helemaal niet mogen komen, omdat er vee los rondloopt dat onrustig wordt van honden en dan wel eens agressief kan reageren. Toch houden veel baasjes zich daar niet aan. Met alle nare gevolgen van dien.

Maar Staatsbosbeheer houdt er rekening mee dat honden ook wel eens lekker willen rennen en spelen met elkaar. Daarom zijn er altijd wel speciale plekken te vinden als "hondenlosloopgebied". Fijn voor de hondenbezitter en als wandelaar weet je dan wat je daar kunt verwachten. In de Braakman-Zuid moeten honden overal aan de lijn, met uitzondering van twee ruim bemeten hondenuitlaatbossen. Het ene ligt in de uiterste noordwest punt van het gebied. Er is een kleine parkeerplaats vlakbij (via een zijweg van de Spanjaardsweg), maar je kunt er ook heen lopen, met de hond aan de lijn, vanaf de grote P-plaats aan de Isabellaweg. Het andere hondenuitlaatbos ligt in een bosgedeelte langs de westoever van het Isabellakanaal. Op die P-plaats kom je door de Spanjaardsweg verder te volgen tot de ingang van dat stukje bos.

De Savoyaardweg

Aan de geparkeerde auto's zien we donderdagmorgen al dat er aardig wat bezoekers zijn. We wandelen naar het hondenbos aan de westoever. Ook daar staan aardig wat auto's, maar we komen geen hond tegen. Geen baasjes ook trouwens. Bij het sluisje verlaten we het bos en gaan over de Spanjaardsweg verder. Rechts van ons hebben we zicht op de weilanden die doorlopen tot de oever van het Isabellakanaal. De grazende schapen hebben hun wollige winterjassen al aan. Links liggen de akkers tot aan de dijk die ooit het schorren- en slikkengebied van de Braakman afbakende. Waar de dijk en de Spanjaardsweg elkaar raken, is een verloren hoekje ingezaaid met zonnebloemen. Wolken mezen storten zich gulzig op de zaden.

Via de Jagersweg steken we de dijk over en komen op de onverharde Savooyaardsweg aan de ander kant. Op de boerencamping is het seizoen duidelijk voorbij. Bij het bankje op het uitzichtpunt rusten we even uit en keren dan terug naar de Spanjaardsweg die ons weer naar het Braakmanbos brengt. Door het hondenbos daar (weer geen hond gezien) en via het bruggetje over de Braakman (zoals het kanaal vanaf daar heet) wandelen we terug door het herfstige bos naar de P-plaats. 

Het Ommetje van Spui

Begin van de week zijn we beiden ingeënt tegen zowel de griep als pneumokokken. Ik had niet echt last van bijwerkingen, maar ik voelde wel dat ik vermoeider was dan anders en daarom leek het me geen goed idee deze week nog een tocht van 10 km te ondernemen. Maar er lagen nog een paar Ommetjes te wachten. En die van Spui rond de 5 km zag er aantrekkelijk uit.


Zaterdag 24 oktober:
Het weer is nog somber, maar droog en weldra zal de zon erbij komen. Parkeren in Spui kan prima bij de prachtig gerestaureerde en nog werkende beltmolen Eben Haëzer uit 1807. Naast de ruime parkeerplaats ligt het logebouw van de Vrijmetselaars. Tussen beide door volgen we een houtsnipperpad en een voetpad tot de Pootersdijk, steken deze schuin over en mogen nu via een graspad om de akkers heen langs de oevers van de Spuikreek wandelen. Er wordt hard gewerkt op het land: de aardappels moeten eruit. Via de middeleeuwse Graaf Jansdijk (die je nog op vele plekken in Zeeuws-Vlaanderen tegenkomt) en de Pootersdijk, met geweldige dijkhuisjes, bereiken we het dorp weer en gaan dan aan de andere zijde van de sluis die Spui haar naam gaf, het natuurgebied Eiland van de Meijer in.


Aan de oever van de Otheense Kreek vinden we een bankje met een geweldig uitzicht. We verlaten het schiereiland tussen de kreken via een bruggetje en lopen over het grasland langs de Bronkreek terug naar het dorpje. Dat laatste stuk blijkt ook een hondenlosloopgebied te zijn van Staatsbosbeheer.

Het was een geslaagd Ommetje, met veel onverharde paden. Daar houden we wel van. We gaan hier zeker nog eens wandelen. En er kunnen weer 5 km bij het totaal geteld worden deze week.  De GPS-track van deze route staat HIER.

We hebben er nu nog 4 tegoed!


Resultaten eenentwintigste week.

De afgelopen week heb ik 3 keer gewandeld en in totaal ruim 17,5 km afgelegd.

© Jannie Trouwborst, oktober 2020.

Sinds 31 mei 2020 in totaal gelopen: 336 km (afgerond).

maandag 19 oktober 2020

Wandeltrainingsweek 20: Het Isabellakanaal en twee wereldoorlogen

Dit is het laatste blog over het trainingsprogramma dat ik startte om 10 km op een dag te kunnen lopen. Onze wandelavonturen gaan echter gewoon door. Deze afsluitende week verliep het een beetje rommelig.

Maandag 12 oktober: Het is fris voor de tijd van het jaar. Maar de zon schijnt en het waait nauwelijks. Ideaal weer voor een frisse neus en een portie vitamine D. We kiezen voor een wandeling langs het Isabellakanaal, dat de Braakman verbindt met het Vlaamse Boekhoute-Haven. Het ligt voor een groot deel in het Braakmanbos-Zuid en voor een gedeelte in België. Voor een uitgebreide beschrijving verwijs ik naar een eerder blog uit deze serie (KLIK HIER).

We parkeren de auto op de Isabellaweg aan het begin van de onverharde weg bij het sluisje aan de oostzijde van het Isabellakanaal. Het bosgedeelte slaan we deze keer over, maar we lopen wel het stukje in Vlaanderen, dat we de vorige keer oversloegen. Er liggen nog heel wat afgewaaide takken over het pad van de storm van vorige week. Ons eerste cadeautje vandaag is een feit: een ijsvogeltje vliegt voor ons uit langs de slootkant. 

Vanaf deze kant zie je het kanaal niet. Wel een restant van de aftakking van de oude Braakman, die met een ruime bocht (verscholen in het riet) in de richting van Boekhoute-Haven loopt. Voor de garnalenvissers van Boekhoute gold hetzelfde als voor de mosselvissers van Philippine: door verzanding van hun vaarweg waren ze aangewezen op een kanaal en een nieuwe haven. Waar die lag is aan het eind van het onverharde pad te zien aan de hoek die de dijk er maakt. Nu grazen er schapen, maar ooit lagen hier de garnalenschuiten. Voor de sluis (die daar toen nog lag) die voor de afwatering van de polders in Vlaanderen zorgde.


Bij de bevrijding van Zeeuws-Vlaanderen in september 1944 is om deze sluis heftig gevochten. Er is niets meer van over. Er ligt nu een brug over het kanaal en er is een herdenkingsmonument voor de Canadese soldaten die daarbij gesneuveld zijn. De nieuwe sluis ligt op Vlaams grondgebied en bereik je door over de kasseienweg in de richting van Boekhoute te lopen. In deze streken worden op bepaalde plaatsen de kasseienwegen als cultureel erfgoed in stand gehouden. 

We vergeten weleens dat België twee wereldoorlogen mee heeft moeten maken. De Eerste wordt daar De Grote Oorlog genoemd. In tal van steden staan indrukwekkende monumenten voor de gevallenen. Omdat Nederland neutraal was tijdens de Eerste Wereldoorlog, hebben de Duitsers de grens hermetisch afgesloten met een zgn. Dodendraad: wie probeerde de grens toch over te komen werd geëlektrocuteerd. Overal in Nederland worden tegenwoordig langs die grens herinneringstekens geplaatst aan deze draad die duizenden doden extra koste, omdat men veelal niet bekend was met het fenomeen elektriciteit, zeker niet op het platteland. Ook bij de nieuwe sluis is een (kunstzinnig) monument geplaatst. Er staan een aantal informatiepanelen bij met meer uitleg over de gebeurtenissen.

We steken via de brug het Isabellakanaal over (en lopen zo ongeveer 50 meter over Vlaams grondgebied) en gaan dan over een graspad aan de ander zijde van het kanaal weer richting de start. Rechts in het kanaal zien we heel wat watervogels. Links van het pad ligt een betonnen goot. Het Isabellakanaal zorgt voor de afwatering van de Vlaamse polders op (uiteindelijk) de Westerschelde; de goot voert water naar de bekkens van het Waterbedrijf van Evides, vlakbij Philippine, om bewerkt te worden tot industriewater. Het voor drinkwater bestemde water in de grote bekkens bij dit bedrijf komt uit de Biesbosch.

Veel planten langs de bermen van de weg zijn uitgebloeid, een enkeling doet een laatste poging. We zijn nog niemand tegengekomen op onze aangename wandeling, maar dan ligt er een fiets in de berm. Het is bij de wilde appelboom, die in het voorjaar zo mooi bloeit. Op de helling naar beneden is iemand valappeltjes aan het rapen. Waarom ook niet, je kunt er in elk geval appelmoes van maken!

We steken weer het kanaal over, via een brug waaronder de goot kruist richting waterbedrijf. Pakken nog een stukje bos mee en staan dan na 5,1 km weer bij de auto. Wie de hele route wil open kan starten bij de grote parkeerplaats van de Braakman-zuid. Voor de GPS-route daarvan verwijs ik naar onze Geocache: Langs het Isabellakanaal (voor geocachers: GC25KG4). Je loopt dan bijna 7 km.

Vrijdag 16 oktober: Terwijl mijn echtgenoot een bezoek brengt aan de polikliniek van het ziekenhuis in Terneuzen, maak ik intussen een wandelingetje langs de mooie Otheense Kreek, net als de Braakman een vroegere uitloper van de Westerschelde. Omdat we nog een Ommetje Terneuzen tegoed hebben, komen details een andere keer. De afstand was 4,5 km.


Zaterdag 17 oktober:
Het is een beetje lastig met de nieuwe Corona regels een plek te vinden om te wandelen. Blijf thuis, wordt er gezegd. Maar wandelen in de buurt mag wel. Vermijd drukte, is ook een eis. Eigenlijk blijft er dan maar een mogelijkheid over. Ons geliefd natuurgebied in de buurt: De Braakmanbossen.


We kiezen voor Braakman-Noord dit keer, omdat we daar de langste wandeling kunnen maken: 7 km als het goed is, met halverwege ons jubileum- picknickbankje. Het is somber weer en niet erg warm. We stappen flink door. Dit keer lopen we de gele route tegen de richting in. Het ziet er dan toch net weer even anders uit. Al snel blijkt dat in deze Corona-herfstvakantie, met weinig mogelijkheden tot vertier, gezinnen met kleine kinderen, maar ook ouderen, de Braakman hebben ontdekt. Het is er (naar onze begrippen dan) behoorlijk druk. We komen zo'n 20 à 25 mensen tegen. En, helaas, 3 mountainbikers die ons van het pad afschreeuwen. Hier en daar kiezen we een binnendoorpad, daar kom je niemand tegen. Zo ontdekken we vers opgekomen paddenstoelen en een heleboel uitbundig bloeiende Kardinaalsmutsen.


Terug op de parkeerplaats zien we wel 8 auto's staan, terwijl we anders de enigen hier zijn. Het begint een beetje te spetteren. Maar de wandeling zit erop: 7,9 km geeft mijn wandelapp aan, 4,8 km/u. Dat moet het zijn voor deze week. Volgende week zien we wel weer verder. 

Resultaten twintigste week.

De afgelopen week heb ik 3 keer gewandeld en in totaal ruim 17,5 km afgelegd. Met deze twintigste week sluit ik het trainingsprogramma voorlopig af. Maar de wandelverslagen gaan door.

© Jannie Trouwborst, oktober 2020.

Sinds 31 mei 2020 in totaal gelopen: 318,5 km (afgerond).

zondag 11 oktober 2020

Wandeltrainingsweek 19: De Canisvliet in de herfst en de Vogelkijkhutten bij Scherpbier

Mijn doel om weer 10 km te kunnen wandelen is bereikt. Nu is het zaak dat met steeds meer gemak te kunnen doen en de opgebouwde conditie vast te houden. Voorlopig zal ik twee wandelingen per week maken. Een van 4 tot 6 km en een van ca. 10 km. En natuurlijk blijven vertellen over de bijzonderheden van de omgeving.

Maandag 5 oktober: rustdag

Dinsdag 6 oktober: Nog steeds werkt het weer niet echt mee. In de middag wagen we toch een poging: er is af en toe zon en de kans op regen lijkt klein. En omdat we toch even bij onze favoriete boekwinkel in Sas van Gent moeten zijn vanwege de Maand van de Geschiedenis, besluiten we tot een rondje Canisvliet. We lopen daar graag, een eerdere beschrijving vind je HIER.

We stappen stevig door, je weet nooit wanneer die donkere wolken hun lading laten vallen. Soms lopen we beschut over bospaden, dan weer in de open lucht. We hebben een beetje pech: juist als we geen beschutting hebben, valt er wat regen. Het zicht over de kreek is prachtig: zon en donkere wolkenluchten, vogels op het water. Ook in dit natuurgebied is de herfst al aanwezig, met veel afgevallen blad, enkele paddestoelen en glibberige paadjes na de uitbundige regenval van de laatste weken. Her en der zien we de gevolgen van de storm van vorige week. 


Op 100 meter voor de parkeerplaats breekt een hoosbui los. Snel duiken we de auto in. Toch was het fijn even een uurtje buiten te zijn. Er staat in elk geval weer 5 km op de teller.

Woensdag 7 en donderdag 8: rustdagen

Vrijdag 9 oktober: De beste dag van de week, volgens de weerberichten. Dus doen we een poging om weer eens aan de 10 km te komen. Via RouteYou heb ik een wandeling uitgezocht van 10,8 km die start in het gehucht Scherpbier. Het is genoemd naar een van de vele forten uit de Tachtigjarige Oorlog. Dat maakte deel uit van de Linie van Oostburg en diende om de vestingstad Oostburg te verdedigen. Innundaties uit diezelfde periode hebben in deze omgeving tussen Oostburg en Groede gezorgd voor mooie natuurgebieden en prachtige kreken. Vooral watervogels profiteren daarvan. Van het fort zelf is slechts een verhoging in het landschap overgebleven. Plotselinge bochten in de polderwegen tonen aan waar het fort gelegen heeft. Voor wie geïnteresseerd is in deze geschiedenis kan terecht in het Museum Het Bolwerk in IJzendijke. 

Wij kozen om een andere reden vandaag deze wandeling: de natuur. Langs de route liggen twee vogelkijkhutten: De Sluiswachter en Hof van Scheerens. Ze geven zicht op De Blikken, een weilandreservaat met veel watertjes en plassen. Wie de wandeling na wil lopen, kan het beste parkeren op de grote parkeerplaats bij De Sluiswachter. Op de vele smalle dijkjes in de buurt van het officiële startpunt is weinig ruimte om te parkeren.


Uiteraard lopen we eerst door een lange meidoornhaag naar de vogelkijkhut. Het is er stikdonker. Voorzichtig openen we een van de kijkgaten en jagen daarmee ongewild een heleboel kievieten op de wieken. Gelukkig strijken ze vrij snel weer neer. Er is nog veel meer te zien, we genieten er een poosje van, maar omdat we een lange tocht voor de boeg hebben, besluiten we een andere keer terug te komen met de verrekijker en dan ook de tweede vogelkijkhut te bezoeken. Via een graspad komen we langs het toegangspad dat naar die hut leidt. Daarna is het gedaan met het onverharde lopen helaas.

De vrijdagmorgen blijkt niet zo heel goed gekozen: het is wisseldag op de campings en vakantieparken in de buurt en er rijden dan ook, zeker in het begin, heel wat vertrekkende vakantiegangers op de smalle dijkjes. Het is goed opletten. Na de camping wordt het stiller op de weg en vinden we een van de prettige houten zitjes langs deze route: twee stoeltjes met een tafeltje. Even van de vogelgeluiden genieten en wat drinken.


Veel verkeer zien we daarna niet meer, maar het blijven polderwegen, waar ook tractoren rijden. Het valt ons opnieuw op, hoeveel verschil de hoge populieren maken langs de kronkelende dijkwegen. De laatste jaren worden er veel gekapt: de meeste zijn na de Tweede Wereldoorlog geplant en dus bijna allemaal tegelijk aan het einde van hun gezonde leven. Tussen de boomrijen loopt het prettiger. Gelukkig wordt er ook weer herplant en wordt er meestal niet aan beide zijden van de weg tegelijk gekapt. 

Aan de oever  van de Nieuwerkerkse Kreek vinden we een pauzeplek met uitzicht op het water. De wind trekt aan en ondanks wat zon kunnen we niet zo lang blijven zitten als we zouden willen. Dus als de lunch op is, gaan we weer op pad. De kilometers beginnen te tellen, we zijn de 10 km voorbij. Nog even doorbijten. Bij de P-plaats aan gekomen staat er 11,5 km op de teller. Een nieuw record!

De route is grotendeels verhard. Je moet wel van het polderlandschap houden om ervan te kunnen genieten. Het voor- en najaar zijn de beste perioden om hem uit te proberen. De GPX-file is HIER te vinden.

Resultaten negentiende week

De afgelopen week heb ik 2 keer gewandeld en in totaal ruim 16,5 km afgelegd. De herfst is duidelijk begonnen, het was even zoeken naar geschikte wandeldagen. Met het record van 11,5 km is duidelijk dat het doel om 10 km te bereiken ruimschoots is gelukt. Het gaat nog niet helemaal vanzelf, maar dat is een kwestie van volhouden. Met de komende, twintigste week sluit ik het trainingsprogramma voorlopig af. Maar de wandelverslagen gaan door.

© Jannie Trouwborst, oktober 2020.

Sinds 31 mei 2020 in totaal gelopen: 301 km (afgerond).

woensdag 7 oktober 2020

Wandeltraining week 18: Ommetje van Sluiskil stopt bij het trekvlotje

Mijn doel om weer 10 km te kunnen wandelen is bereikt. Nu is het zaak dat met steeds meer gemak te kunnen doen en de opgebouwde conditie vast te houden. Voorlopig zal ik twee wandelingen per week maken. Een van 4 tot 6 km en een van ca. 10 km. En natuurlijk blijven vertellen over de bijzonderheden van de omgeving.

Maandag 28 september: rustdag

Dinsdag 29 september: Het weer is omgeslagen. Zon en regen wisselen elkaar af. Het is moeilijk om een geschikt tijdstip te kiezen. We kiezen de middag voor het Ommetje van Sluiskil. Het begint met wat licht gespetter, maar daarna valt het mee. De zon schijnt zelfs af en toe en het is beslist niet koud. Als we na 8,5 km weer in de auto zitten, barst er een hoosbui los. We hebben geboft vandaag. Hoewel.....

De route start aan de rand van het dorp. De geschiedenis van Sluiskil is nauw verbonden met het Kanaal van Gent naar Terneuzen waar het aan ligt. Oorspronkelijk lag het aan een geul (kil) waarin in 1648 een sluis gebouwd werd. Er kwam een haventje, bedrijvigheid en een veerdienst. Het dorp groeide, maar de bedrijvigheid ook. Het Kanaal van Gent naar Terneuzen werd aangelegd (1827) en moest weldra verbreed worden (1885) In 1968 nogmaals, ten koste van een deel (het hart) van Sluiskil. En ook nu nog ondervinden de overgebleven bewoners in de nabijheid van het kanaal vochthinder in en onder hun huizen door het verder uitdiepen.


Er kwam een brug over het kanaal en toen die te vaak per dag open stond, kwam de Sluiskiltunnel voor auto's ervoor in de plaats. Het fiets-/voetveer moest opgeheven worden. Dat betekende dat scholieren en andere fietsers met een grote omweg over de vaak openstaande brug moesten rijden. Men heeft er voor gevochten in Sluiskil en nu vaart het pontje nog beperkt, met behulp van vrijwilligers en subsidie van gemeente en steun van de bevolking. Maar hoe lang nog?

De route duikt meteen de omringende polders in. Het is er rustig wandelen. Er wordt volop mais geoogst. Het blijft een intrigerend gezicht hoe de maaimachine en de tractor met laadbak gebroederlijk naast elkaar voortkruipen, in rondjes om het steeds kleiner wordende maisveld heen. Als hun geluid verwaait in de wind lopen we het geraas van de tunnelweg in. De route loopt over de ingang heen. Met een grote slinger richting de brug mogen we naar beneden een natuurgebiedje in. Schapen slaan ons verbaasd gade. In het gebiedje zijn twee evenwijdige, langwerpige zandlichamen van ca 100 m. geplaatst die de tunnelbuizen moeten verbeelden, met daarbij een informatiebord over de tunnel. 


De gele pijltjes van het wandelknooppuntensysteem wijzen ons de weg naar het trekvlotje dat ons naar het pad aan de overzijde moet brengen. Vandaar is het nog ongeveer een km naar het eindpunt van de wandeling. Het vlotje ligt aan de overkant en wat we ook met vereende krachten proberen, het lukt ons niet het vlotje onze kant op te trekken: het ligt muurvast. Er zit niets anders op dan terug te gaan. Dankzij onze kaart en GPS vinden we een andere weg om de auto te bereiken, maar uiteindelijk lopen we zo'n  8,5 km in plaats van 5,9. 

Ik ben al jaren lid van de Vrienden van de voetveren Zij hebben een voor iedereen toegankelijke, informatieve website met alle fiets-/voetveren van Nederland en België, met vaartijden, bijzonderheden en contactgegevens, zodat je voor je op pad gaat bij twijfel met de schipper kan bellen of kunt zien of er andere belemmeringen zijn. Maar daarnaast ijveren ze ook voor het behoud van deze pontjes en veren voor de wandelaar en fietser. Best zinnig om ze te steunen met 5 euro per jaar (of meer, ik geef meestal 10).

Ik heb intussen contact gehad met de Stichting Landschapsbeheer Zeeland, die hier de wandelroutes beheert. Het trekvlotje blijkt gerepareerd te moeten worden door een speciale technische dienst. Dat kost veel geld en daarvoor is toestemming nodig van de provincie.... Het kan even duren dus. De Vrienden van de voetveren hebben de stremming verwerkt op hun site.

Woensdag 30 september, donderdag 1 en vrijdag 2 oktober: rustdagen.

Zaterdag 3 oktober: Zo heet en droog als de zomer was, zo nat en koud begint te herfst. Het is moeilijk om een periode zonder regen en/of stevige wind te vinden die lang genoeg duurt voor een wandeling van tenminste twee uur of 10 km. Zeker hier in Zeeland, doorgaans de zonnigste provincie van ons land. We hebben het een paar dagen aangekeken, maar de vooruitzichten voor zondag zijn nog beroerder dan voor vandaag. Dus houden we het maar op een rondje Braakman-Zuid deze morgen. De paraplu gaat mee, maar die hebben we nauwelijks nodig gelukkig. Het wordt alleen geen 10 km, maar slechts 6 km. Echt erg is het niet, dat ik deze week mijn kilometers niet haal. Ik begin een beetje last te krijgen van een oude blessure: een peesplaatontsteking onder mijn rechtervoet. Die heeft me al eens maanden belemmerd in wandelen, met als gevolg het verlies van mijn wandelconditie. Een beetje kalm aan en zoveel mogelijk onverhard wandelen zou moeten helpen het niet erger te maken.

Resultaten achttiende week

De afgelopen week heb ik 2 keer gewandeld en in totaal ruim 14,5 km afgelegd. De herfst is begonnen, het weer zit niet mee. Hopelijk kunnen we volgende week een redelijk droge wandeldag vinden.

© Jannie Trouwborst, oktober 2020.

Sinds 31 mei 2020 in totaal gelopen: 284,5 km (afgerond).